Hier vind je oefeningen met alle onderdelen van de grammatica (het ontleden) die in klas 1 behandeld worden.
redekundig (zinsontleden)
doen- of zijn-zinnen en werkwoordvormen
persoonsvorm oefening 1 oefening 2
zinsdelen (streepjes zetten) oefening 1 oefening 2 oefening 3 oefening 4 oefening 5
onderwerp oefening 1 oefening 2 oefening 3 oefening 4 oefening 5
werkwoordelijk en naamwoordelijk gezegde oefening 1 oefening 2
naamwoordelijk gezegde oefening 1 oefening 2
lijdend voorwerp oefening 1 oefening 2 oefening 3
meewerkend voorwerp oefening 1 oefening 2 oefening 3 (bij oefening 3 filmpje telkens even stil zetten)
bijwoordelijke bepaling oefening 1 oefening 2
zinsontleden oefening 1 oefening 2 oefening 3 oefening 4 oefening 5 oefening 6
zinsontleden moeilijk oefening 7 oefening 8 oefening 9 oefening 10 oefening 11
taalkundig (woordbenoemen)
lidwoorden, zelfstandige naamwoorden en bijvoeglijke naamwoorden
persoonlijke, bezittelijke, vragende en aanwijzende voornaamwoorden