Sporten
Klik op "Nakijken" om je antwoorden te laten controleren.
Als een antwoord goed is, wordt het vet afgedrukt.
ij = één letter!
Er wordt elke dag heel wat gesport. Bijna
(8) beoefent wel een of andere sport. Sommige mensen
(7) zelfs erg veel; zoveel zelfs dat men ze
(3) eens sportfanaten noemt. Je kunt de sporten op
(13) wijzen indelen. Zo zijn er bijvoorbeeld zaalsporten en
(13), teamsporten en individuele sporten. Sporten doe je
(3) tijdverdrijf, of om je te ontspannen, of omdat
(3) gezond is. Er zijn ook mensen die aan
(5) doen, omdat het goed betaald wordt. Dit zijn
(3) geen amateurs meer, maar profs.
Of sport nu
(4) wel zo gezond is, is een grote vraag. Ik
(8) dat wel eens. Er zijn veel mensen die bepaalde
(6) breken, spieren scheuren of een te groot sporthart
(6); en zo iets kun je nu eenmaal moeilijk
(4) en gezond noemen.
Ook om een andere
(5) vind ik sport vaak ongezond. Maar nu bedoel ik
(4) lichamelijk ongezond, maar geestelijk ongezond. Ik
(4) het belachelijk en beneden elk peil, wat sommige
(8) met hun sport verdienen. Voor voetballers worden miljoenen
(7); 'jongetjes' van vijfentwintig jaar verdienen miljoenen met
(3) trappen tegen een voetbal. Een paar uren per dag
(7) tegen een voetbal, en de miljoenen stromen
(6). Een minister daarentegen verdient per jaar nog altijd
(4) ruim honderdduizend euro, terwijl hij vierentwintig
(3) per dag in touw is en zeer verantwoordelijk werk heeft.
Een
(3) de leukere sporten vind ik biljarten; het spel
(3) drie ballen: een rode, een gele en een
(5). Ik vind dat om verschillende redenen een leuke
(5). Allereerst is het een sport die je alleen
(2) in teamverband kunt doen. Vervolgens is het een sport
(6) je door veel te trainen enorme technische staaltjes
(4) laten zien. Ten slotte is het een sport
(3) erg veel vraagt van je zelfbeheersing; je mag
(8) niet gehaast of zenuwachtig zijn. Het is trouwens
(3) sport die ook
(6) meer door meisjes (en vrouwen)
(8) wordt.
Heel aparte sporten zijn natuurlijk sporten
(6) je te maken hebt met een dier, zoals
(12). Immers, bij dit soort sporten heb je niet
(6) te maken met jezelf, maar ook met een
(4). Tussen jou en het dier moet het goed
(7), wil je tot prestaties kunnen komen. En dit
(5) in, dat je buiten de echte sport om, bijvoorbeeld
(3) dressuurrijden, veel met je paard moet
(6). Het moet je leren kennen als zijn beste
(6), naar wie het wil luisteren.
Veel bewondering heb ik
(4) wielrenners. Deze sportmensen moeten beschikken over een
(9) discipline en natuurlijk ook een enorm doorzettingsvermogen. Vechten
(5) de trappers van de fiets, vechten tegen de wind,
(5) en kou.
Nakijken
OK