Klik op "Nakijken" om je antwoorden te laten controleren.
Als een antwoord goed is, wordt het vet afgedrukt.
Het Griekse KRYPTO betekent VERBORGEN en het Griekse GRAM betekent GESCHREVEN. Dit geeft precies weer wat een kryptogram is.
Een kryptogram is een puzzelopgave, waarin de oplossing op twee manieren verborgen zit. Kijk maar eens naar het volgende voorbeeld:
VADER, MOEDER en DOCHTER genieten van het UITZICHT (8 letters).
Je zult al vrij snel (leren) aanvoelen, dat de oplossing te vinden is in de combinatie VADER, MOEDER en DOCHTER enerzijds, en UITZICHT anderzijds.
Maar de oplossing telt slechts 8 letters... Goed, dan maak je er dus PA, MA en DOCHTER van.
Nog te veel... Goed, dan moet die dochter dus een naam hebben van 4 letters. NORA bijvoorbeeld!
Want een ander woord voor UITZICHT is PANORAMA: PA-NORA-MA!
Nog een voorbeeld: In die STAD zijn mensen vaak aan het HUILEN (5 letters).
Op zoek naar een synoniem voor HUILEN: grienen, janken, snikken, of, wat deftiger: WENEN!
Nog een voorbeeld: Dit MEUBEL is in een OGENBLIK KLAAR (5 letters).
Tja, daar zal een MEUBEL uit moeten komen, gemaakt van OGENBLIK en KLAAR.
Dat zijn te veel letters. OGENBLIK is MUM of TEL, KLAAR is AF.
Er staat: IN een ogenblik klaar, dus letterlijk: KLAAR (AF) in het woord OGENBLIK (MUM, TEL).
Je ziet dan al snel dat de oplossing TAFEL moet zijn.
Onthoud dus: in een kryptogram zit de oplossing altijd op TWEE manieren verborgen,
en heel vaak moet je ZEER LETTERLIJK lezen wat er staat.
We gaan nu kijken naar een aantal handigheidjes die je kunnen helpen bij het oplossen van een kryptogram.
Kom je er echt niet uit, dan kun je in het lege vakje klikken en vervolgens helemaal onderaan op HINT klikken.
1. Een woord wordt in stukken gehakt en daarvan wordt een zin gemaakt.
Dit DIER komt met 'N VOERTUIG op het LAND (6).
[?]
Als er een ' (apostrof) is gebruikt, moet je de letter daarna vrijwel altijd gebruiken.
'N VOERTUIG en LAND moet je dus vervangen door synoniemen die samen 6 letters tellen, en daarvan maak je een dier...
2. Soms moet je een woord achterstevoren lezen.
Vaak staat er dan WEER, TERUG, OP Z'N KOP of ANDERSOM in de opgave.
Zij REDEN weer NAAR BENEDEN (5).
Heb je DAAR weer ADVIES gekregen? (4)
Soms moet je slechts een deel van de oplossing omdraaien:
HARNAS, gemaakt van KOOKGEREI en teruggekomen OVERSCHOT (7).
[?]
3. Er wordt een homoniem gebruikt.
Een homoniem heeft meer verschillende betekenissen, zoals bijvoorbeeld BANK: je zit erop, of je brengt je geld erheen.
BEREID het vlees volgens SCHEMA (7).
[?]
Het is een GAVE zoals ik AFMEER (6).
[?]
OMZET door VERMINDERING (6).
[?]
VOEG die TWEE SAMEN (6).
[?]
Moeilijker wordt het, als niet het homoniem wordt genoemd, maar als er wordt verwezen naar een eigenschap van de ene betekenis.
Heeft tandjes aan de voet (7).
[?]
In de ene betekenis doe je het kennelijk aan je voet, in de andere kan het bijten...
4. De oplossing is een anagram (letterkeer).
Een anagram is het maken van een nieuw woord uit de letters van een ander woord (KELEN wordt ENKEL of LEKEN).
Vaak staat er dan VERWARD, VERMINKT, GESCHUD, DOOR ELKAAR, NIET GOED of ANDERS in de opgave.
Die POTER maakt er een BENDE van (5).
De KLUNS die we niet goed LUSTTEN (7).
[?]
'N DROOM verandert AAN ALLE KANTEN (6).
De KLEREN van de OBER (6).
De LEIDER wordt ONDERSCHEIDEN (6).
[?]
Wie KUST de MOOIE MEID (4)?
Verminkt ELKE AMATEUR (4).
[?]
5. Een variant op het anagram: slechts een deel van een woord in de OPGAVE is een anagram.
Vaak staat er dan NIET, MIN, ZONDER, BEHALVE of ONTBREEKT in de opgave.
ZOET is er niet in de KRUISER (6).
Je moet ER NIET letterlijk lezen, dus een R uit de KRUISER verwijderen.
6.Nog een variant op het anagram: slechts een deel van de OPLOSSING is een anagram.
DANK, PA, voor de DAKBEDEKKING (6).
7. Soms komt maar een deel van een woord uit de opgave in de oplossing voor.
Vaak staat er dan NIET, MIN, GEEN, AF of ZONDER in de opgave.
EN NIET ZATEN ze daar DRONKEN. (3)
Loop ES NIET met een SCHEEF gezicht als de BAAS (4).
8. Soms zit de oplossing verstopt in een woord van de opgave.
Vaak staat er dan IN, TUSSEN of BINNEN in de opgave.
De KELNER valt op in SOBERHEID (4).
9. In sommige opgaven wordt een woord omschreven. In de oplossing wordt slechts een deel van dat woord gebruikt.
Zo'n OVEREENKOMST is tenslotte lang NIET MIS (4).
[?]
LEUK in de MENIGTE ondergegaan (4).
[?]
10. Een associatie is een opgave die je aan iets anders doet denken. Vaak staat er een vraagteken achter zo'n opgave.
Groeien er WITTE PAARDENbloemen aan? (9)
[?]
Witte paardenbloemen bestaan niet, maar laten je wel denken aan...
Passende WENS voor beginnende gewichtheffers (7)
[?]
Vogelbroedplaats (6).
[?]
11. Een woordspeling als opgave. Lijkt veel op de associatie, maar je moet dit heel letterlijk nemen.
CHEF van een WARWINKEL (8).
[?]
12. Een woord kan twee betekenissen hebben door de klemtoon te verleggen (kántelen - kantélen, vóórnaam - voornáám).
Als het dat DOET, wordt de BESTUURDER nat (6).
[?]
13. Sommige woorden hebben in een andere taal soms een andere betekenis.
Vaak staat er dan VOLGENS FRANS, IN HET OOSTEN, IN EEN BEPAALD LAND in de opgave.
Deze Franse STAD vinden Engelsen AARDIG (4).
Dit DIER is ALTIJD in Engeland (4).
[?]
Dat FAMILIELID is NIET bij onze Oosterburen (5).
[?]
Er zit een Engelse JUFFROUW aan de KRAAN. Dat is FOUTE BOEL (7).
[?]
14. Met letters valt van alles uit te halen.
Dit VAARTUIG KAN een RONDJE beschrijven (4).
[?]
Van dit VOEDSEL krijg je een BEETJE KLEUR (5).
[?]
KAAS in LEER verpakt, dat is SMAKELIJK (6).
[?]
15. Ook met cijfers kun je van alles uithalen.
Ik zag NIETS in ZEVEN, dat moet KORT GELEDEN zijn (6).
[?]
Wat hebben die GETALLEN met VERJAARDAGEN te maken? (6)
[?]
16. En met Romeinse cijfers kan dat natuurlijk ook: V=5, X=10, L=50, C=100, D=500, M=1000)
Daar zijn al meer dan DUIZEND BOMEN door vernietigd (6).
500 maken er in dat BEEN een TROEP van (5).
17. Door een woord plat uit te spreken, kan het een andere betekenis krijgen.
EVEN plat, dat is nogal GLAD (5).
[?]
18. Een opgave kan ook naar een spreekwoord of gezegde verwijzen.
SLANK DIERTJE (4).
[?]
Blijkt soms een OLIFANT (3).
[?]
De mijne is voor FIKKIE (6).
[?]
19. De moeilijkste soort kryptogrammen zijn de kryptoniemen. Dit zijn opgaven die uit één woord bestaan. Maar hoe kan dat dan?
De oplossing moet toch altijd TWEE keer in de opgave voorkomen? Inderdaad: de oplossing van zo'n kryptoniem is dan ook altijd
een woord, dat een heel gewone betekenis heeft, en een heel onverwachte.
BIJRIJDER (8).
Een bijrijder is een reservechauffeur. Vaak rijden de chauffeur en zijn bijrijder al heel lang samen en zijn dus MATEN geworden in hun AUTO.
FAMILIESCHAT (8).
[?]
OLIEDOEK (8).
[?]
STARTCIJFER (14).
[?]
Nakijken
Hint
OK